JAPANSE LADDERKLOK “SHAKU-DOKEI” MET SLAGWERK Ca 1820

Japanse klokken Wandklokken

M&R147

LADDERKLOK “SHAKU-DOKEI”
MET SLAGWERK
Circa 1820
Japan

Uurwerk
Messing platine-uurwerk op spillegang met balans. De messing voorplatine is voorzien van decoratief ajourgezaagde chrysantmotieven. Tevens bevindt zich hier het opwindstaafje voor het gaand¬werk. Op de twee hoeken aan de voorzijde van het uurwerk zijn twee ge¬profileerde messing pilaartjes geplaatst. Het gaandwerk wordt aangedreven door een gewicht, dat tevens als slagwerk dient. Het slagwerk slaat de hele en halve Japanse uren. Aan de bovenzijde van de ladder bevindt zich een kleine ronde uitsparing waardoor het slagwerk opgewonden kan worden.

Wijzerplaat
De houten wijzerplaat is voorzien van 13 verschuifbare, messing ’toki’s’ voor de uuraanduiding. De toki’s zijn gegra¬veerd en ingelakt. De Japanse tekens op de toki’s stellen de volgende getallen voor, van boven naar bene¬den: 6, 5, 4, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 9, 8, 7, 6. De 12 messing toki’s tussen de uurcijfers dienen voor de halfuur-aanduiding. De decoratief ajourgezaagde messing wijzer schuift aan de linkerzijde van boven naar beneden. Het wijzertje is bevestigd aan het slagwerk. Naast de toki’s aan de rechterzijde is een messing liniaal aangebracht zodat de toki’s gelijkmatig verschoven kunnen worden.

Kast
De gehele kast is vervaardigd van het geaderde Japanse shitan hout (rozenhout). De beide zijkanten naast het uurwerk zijn net als de voorzijde voorzien van een venster, afgezet met een licht houten biesje waardoor het uurwerk zichtbaar is. Om de klok op te winden dient men de voorzijde omhoog te schuiven. beide zijden zijn ajourgezaagde en gegraveerde versieringen in repeterend motief als klankgaten voor de bel aangebracht. Onder in de kast een kleine lade voor de opwindsleutel.

Gangduur: 1 dag.

Hoogte: 50 cm.
Breedte: 7.5 cm.
Diepte: 7 cm.

Literatuur
– W. Brandes, Alte Japanische Uhren (E16).
– N.H.N. Mody, Japanese clocks (E17).
– Tardy 3-delig, La Pendule Française JAPON, blz.757-768

Japanse tijd
De Japanse tijdmeting verschilt in grote mate van de Westerse tijdmeting. In plaats van een uur als vaste waarde te nemen verschilt in Japan de lengte van een uur, toki genaamd, naar de lengte van de dag en de nacht. De dag en de nacht zijn beide ingedeeld in 6 toki, die van zonsopgang tot zonsondergang en van zonsondergang tot zonsopgang gerekend worden. In de zomer zijn de dagen langer dan de nachten en duurt dientengevolge een toki overdag ook langer dan ’s nachts.
In de winter werkt dit andersom.
Om deze reden zijn er Japanse klokken met verschuifbare plaatjes, zodat de lengte van de toki verandert kan worden. Tevens zijn er klokken waarbij de cijferring vastzit, maar waarbij het tikgetal van de klok te veranderen is door de gewichtjes van de waag te verplaatsen, zodat de klok langzamer of sneller gaat lopen. Dit komt voor bij de oudere klokken.
De cijfers van de klok lopen van 9 naar 4. In Japan was het cijfer 9 heilig.
Elke toki, 12 in totaal, had ook een eigen teken van de dierenriem die ook wel werden afgebeeld op een cijferring rondom de gewone cijferring.

Lees meer Neem contact op